Selecteer een pagina
Leeftijd
Kleur
Materiaal
Merk
-

Passen en meten

Bouwen en puzzelen in de dreumesleeftijd

Vanaf gemiddeld 12-14 maanden ontstaat het spelthema ‘passen en meten’ bij een dreumes en daaruit volgt later het bouwen en puzzelen. Je kind verkent het antwoord op vragen als:

Hoe blijven verschillende soorten voorwerpen rechtop staan?
Wat past op of in elkaar en wat niet?
Welk voorwerp is groter en welk is kleiner?
Onder welke hoek (en met welke motorische vaardigheid) krijg je het een in het ander?

Je dreumes legt een verzameling van dezelfde voorwerpen op een rij of in een groepje naast elkaar. Bekers, bakjes en emmers worden in elkaar gestapeld. Het kind onderzoekt hoe het is om het ene voorwerp op het andere te zetten. En komt tot de ontdekking dat dit beter lukt op een stevige, vlakke ondergrond dan op een helling of in een zacht kussen.

Van gebeurtenissen en ervaringen die je kind zelf opdoet in haar lichaam, zie je een echo in het spel. Staat je kind voor het eerst vrij op in de ruimte, dan verwerkt ze die ervaring met een plotselinge fascinatie voor het rechtop zetten van lange, smalle voorwerpen zoals flessen en bekers. Valt het ding om of staat het stevig? Val ik om of sta ik stevig?

Het bouwen gaat steeds meer de hoogte in, net zoals je dreumes zelf. Het passen en meten doet je dreumes ook graag met haar hele lichaam. Ze gaat in een grote mand zitten of stopt haar hele arm ergens in. Zou het passen?